Hoe bewaar je verse kruiden? 4 tips

Waar ik als kok met gemak lekkers op tafel tover, faal ik met verve in de tuin. En dat viel niet langer met elkaar te rijmen. Begin dit jaar verdiepte ik me in de wondere wereld van kruiden kweken, met hopelijk een zalig zomerse kruidentuin tot gevolg. Want verse kruiden zijn vitale kruiden met een veel rijkere smaak dan droge kruiden uit de supermarkt. Al doen de verse potjeskruiden uit die supermarkt doen het – zonder tuinieren vooraf – prima in de keuken!

Het probleem met verse kruiden is alleen dat je vaak niet alles in één keer kan gebruiken. Daarom deze vier bewaartips voor verse (potjes)kruiden!   

1. Wikkelen

Een verse bundel kruiden zonder wortel en aarde, bewaart niet erg lang. Je houdt het bosje het langst – ongeveer één week - vers door het in een vochtig velletje keukenpapier te wikkelen en zo in de koelkast te leggen.

2. Planten

Van potjeskruiden oogst je eerst wat je meteen nodig hebt voor gebruik. Daarna zet je de rest van het plantje uit in een bloempot, of in de tuin als je daar plaats voor hebt. Zorg dat het plantje voldoende water en licht krijgt – vermijd direct zonlicht – en hou het weg van de warmte van het fornuis. Afhankelijk van het soort kruid, zal je er nog lang genot van hebben.

Extra tip: Sommige kruiden leven immers langer dan andere. Een kleine greep uit het aanbod:

- Eenjarige kruiden: basilicum, dille en koriander.

- Tweejarige kruiden: krulpeterselie, karwij en look-zonder-look.

- Doorlevende kruiden: bies- en daslook, grote brandnetel, munt, rozemarijn, salie, tijm en oregano.  


3. Drogen

Kruiden drogen kan je op twee manieren doen:

Je legt de kruiden open op een bakplaat en laat ze anderhalf à twee uur drogen in een oven van 50°C.

Je legt de kruiden open in een schaal/kartonnen bakje/liggend vliegenraam op een warme, donkere en luchtige plaats. Bovenop de chauffageketel of tussen twee stoelen op een oude zolder zijn hiervoor prima locaties.

Eens de kruiden droog aanvoelen, blijven ze in een droge papieren zak één jaar goed.

4. Invriezen

Je wast de kruiden en dept ze daarna droog. Met een scherp mes of een kruidenmolentje, hak je ze daarna fijn. Om ze te portioneren, kan je twee kanten op.

Je stopt ze per portie in een apart plastic potje met daarop een label met de naam van het kruid en de datum.

Je verdeelt de kruiden over de vakjes van een ijsblokjesvorm en vult deze daarna met water. Eens het water bevroren is, kan je de blokjes eruit halen en ze in een plastic zakje doen met daarop de naam van het kruid en de datum. Als je de kruiden nodig hebt, kan je zoveel ijsblokjes als je wilt in je kookpot doen, het water verdampt wel.

  

Vanaf nu kan je er op los bewaren en dankzij de bewaartips geld en tijd besparen!