Roomkaastaartjes met citroen en amaretti

Ingrediënten

bodem

  • 100 gr amarettikoekjes, verkruimeld
  • 50 gr ongezouten boter

Vulling

  • 450 gr mascarpone
  • 250 ml dikke room
  • fijngeraspte schil en sap van 2 citroenen
  • 100 gr lichtbruine suiker
  • 100 gr citroenpasta

Om te garneren

  • 4 el abrikozenglazuur
  • 1 el water
  • fijne reepjes onbespoten citroenschil
  • 50 gr witte chocolade, gesmolten
Gevorderde
4 personen
Tussen 30 en 60 minuten
Dessert

Bereiding

  1. Plaats 4 kookringen met een diameter van 9 cm op een met bakpapier beklede bakplaat. Doe de koekjes in een diepvrieszakje en verkruimel ze met een deegrol. Er mogen best wat grotere kruimels tussen zitten, zodat de bodem een lekker krokante textuur krijgt. Doe de verkruimelde koekjes in een kom, voeg de gesmolten boter toe en roer tot alles goed vermengd is. Verdeel het koekjesmengsel over de kookringen en duw goed aan. Laat in de koelkast opstijven terwijl je de vulling maakt.

  2. Doe de mascarpone in een kom, voeg de room toe en klop tot een zacht en glad mengsel. Voeg de citroenschil, het citroensap en de suiker toe en meng goed. Vul elke kookring voor twee derden en strijk er dan 2-3 theelepels citroenpasta over. Vul vervolgens tot bovenaan met de rest van het mascarponemengsel en strijk de bovenkant mooi egaal en glad. Laat de roomkaastaartjes enkele uren opstijven in de koelkast. Je kunt ze ook in de diepvriezer plaatsen.

  3. Doe het abrikozenglazuur en het water in een pannetje en laat lichtjes indikken. Leg op elk roomkaastaartje enkel reepjes citroenschil en bestrijk voorzichtig met het abrikozenglazuur. Spuit ten slotte de gesmolten witte chocolade met een papieren puntzakje op de bovenkant. Als alternatief kun je de chocolade er ook gewoon over sprenkelen. Vlak voor het serveren: maak de roomkaastaartjes los door de kookringen zachtjes te verwarmen met een brander of de warmte van je handen.

0
Nog geen stemmen