Gerechten met streken - Witloof als toevallige nationale trots
De maanden waarin witloof op zijn best is, begint rond oktober en loopt tot april. Momenteel zitten we dus volop in het witloofseizoen en als we het loof op zijn best willen proeven hebben we nog twee maanden de tijd om ervan te genieten. Dan heb ik het uiteraard over het grondwitloof, geteeld in volle grond. Momenteel gebruiken we witloof voor allerlei bereidingen: koud als slaatje, warm als groente, gegratineerd in de oven, gemixt in soep,… De mogelijkheden zijn oneindig! Al deze gerechten had Jan Lammers uit Schaarbeek vast niet in gedachten toen hij rond 1830 vrijwel per ongeluk witloof ontdekte. In het begin van de 19de eeuw werden er volop cichoreiwortels geteeld, bitterwortels waar het arme plattelandsvolk koffie mee nabootste, uit geldgebrek voor echte koffie. Rond 1830 was er dan een duidelijke overproductie van de bitterwortel, waardoor ze in donkere schuren bleven liggen. De winter van 1830 kende milde temperaturen en boer Lammers ontdekte dat de wortels in zijn schuur kiemden en dat de witte bladeren die tevoorschijn kwamen best wel lekker waren. Dit kwam mooi uit, in een tijd van armoede met weinig geld voor variatie in groenten. Men trok ermee naar de plaatselijke markten en al gauw lag er bij vele gezinnen rond het Brusselse, witloof op hun bord.
Toen het witloof in aanzien steeg en meer en meer mensen het als volwaardige groente beschouwden, ging Meneer Bresiers, de teeltverantwoordelijke van de Rijksplantentuin in Brussel ermee aan de slag. Hij ontdekte dat duisternis, warmte en vochtigheid onontbeerlijk waren voor het kweken en behouden van de witte bladeren van het witloof. Zo ontstond de echte witloofteelt en sinds toen is het witloof ook niet meer weg te denken uit onze Belgische keuken. In ‘Groentenland’ is witloof dan ook uitgegroeid tot onze nationale trots en in de loop der tijd zijn er ook enkele gerechten met witloof uitgegroeid tot echte nationale culinaire stempels, waarvan het bekendste ‘gegratineerd witloof’, of ‘witloof met hesp in de oven’.
Sofie Dumont vertelt je hier hoe je dit gerecht tot een goed einde moet brengen. Heb je deze klassieker al onder de knie, dan helpen we je hier graag verder met wat andere witloofreceptjes.
Of eet je witloof liever rauw, als frisse begeleider bij bijvoorbeeld stoofvlees? Snijd dan enkele witloofstronken in stukjes, vermeng ze in een kom met voldoende mayonnaise en citroensap en werk af met peper en zout naar smaak. In een mum van tijd heb je zo een heerlijk fris bijgerechtje op tafel!