Korte geschiedenis van Italiaanse rijst
In Noord-Italië kweekt men al minstens sinds de vijftiende eeuw rijst (Oryza sativa L.). Pas in de negentiende eeuw begon op de Po-vlakte de grootschalige rijstteelt, die van Italië tot een stuk in de twintigste eeuw het belangrijkste exportland voor rijst in de wereld zou maken. Voor de arme seizoensarbeiders die dag na dag tien tot twaalf uur gebukt stonden in het koude water van de rijstvelden, smaakte de rijst dikwijls bitter. De neorealistische film Riso amaro (Bittere rijst) uit 1949 roept daar prangende herinneringen aan op. Machines en moderne teeltmethoden maakten een einde aan deze seizoensarbeid, maar brachten tegelijk ook een achteruitgang van de kwaliteit van het product. Gelukkig bestaan er rijstboeren, zoals Gabriele Ferron, die op kleinere schaal telen en die het gebruik van pesticiden en insecticiden afzweren. Italië is ook vandaag nog de belangrijkste rijstproducent in Europa. De productie concentreert zich nog steeds in de Po-vlakte, maar ook in de Veneto is er een belangrijke productiezone van kwaliteitsrijst.