Worstenbroodjes, notenbrood en mosselsoepje

Ingrediënten

voor het notenbrood

Voor de worstenbroodjes

  • korstdeeg
  • 300 g gemengd gehakt
  • peper en zout
  • 1 snee dik wit brood
  • 4 el melk
  • 2 handvol geraspte kaas (bv. Emmentaler)

voor het korstdeeg

Voor de verse visbouillon

voor het soepje

Een worstenbroodje, een mosselsoepje en zelfgemaakt brood, drie topgerechtjes op mee uit te pakken op je feest.

Beginner
4 personen
Tussen 60 en 90 minuten
Belgisch
Hapje

Bereiding

  1.  Voor het notenbrood: Hak de noten grof. Doe alle ingrediënten in een kom: havermout, olie, noten, bloem, volkorenbloem, zout.

  2.  Verkruimel de gist in de lauwe melk. Voeg de honing toe. Klop los. Meng langzaam onder de droge massa.  

  3. Bekleed een bakplaat met een bakmat. Stort het deeg uit op het matje. Vorm tot een broodje. Bedek met plastiekfolie. Laat een uurtje rijzen op een warme plek. 

  4. Verwijder voorzichtig de folie. Plaats het brood 30 à 35 minuten in een voorverwarmde oven op 200 graden Celsius. Haal het uit de oven en laat afkoelen op een rooster. Serveer bijvoorbeeld met wat kaas. 

  5. Voor de worstenbroodjes: begin met de korstdeeg. Snij de koude boter in stukjes. Doe in een cutter met de bloem, suiker en zout. Mix tot de boter onder de bloem gemengd is. Voeg koud water toe tot het begint samen te hangen. 

  6. Bestrooi een plank met bloem. Kneed het deeg tot een mooie bol. Draai in plastiekfolie. Laat een uur opstijven in de koelkast. Tip: je kan dit dubbel maken en invriezen. 

  7. Week voor het gehakt het brood in de melk. Snij de sjalot fijn. Meng het gehakt met de sjalot en de geraspte kaas. Kruid met een eetlepel fijngesneden bieslook, peper, zout en muskaatnoot. Meng het geweekte brood onder het gehakt. Kneed tot alles goed gemengd is. Verdeel in twee porties. 

  8. Strooi een laagje bloem op het werkblad. Rol de bol deeg uit tot een rechthoekig vel van ongeveer 3mm dik. Snij in twee vellen. Rol de twee porties gehakt tot worsten en leg op elk deegvel een worst. Wrijf 1 kant in met dorure (= 1 eidooier met melk). Duw aan met een vork. Rol de worst volledig in het deeg. Wrijf ook de buitenkant in met dorure. Leg op bakpapier op een bakplaat.

  9. Plaats 25 minuten in een voorverwarmde oven op 200 graden Celsius. Haal uit de oven. Snij in stukjes. Serveer eventueel met een dipsausje.

  10. Voor de verse visbouillon: Neem een grote pot met drie liter water. Voeg het visafval,  gewassen en grofgesneden selder, venkel, wortel, peterselietakken en uien toe. Kruid met tijm, laurier, een glas witte wijn, zout en peperbollen. Breng aan de kook. Laat 20 minuten pruttelen. Zeef dadelijk door.

  11. Snij de ui en wit van prei fijn. Plet en pers look fijn. Smelt de boter en stoof kort de fijngesneden groenten aan. Voeg gewassen mosselen toe. Blus met de gezeefde bouillon. Kook een paar minuutjes tot de mosselen open zijn. Doe in een kommetje en versier met dille. Tip: de rest van de bouillon kun je invriezen. Koel eerst af.

0
Nog geen stemmen